Samenvatting: Kenmerken van gezinnen in conflictscheidingen
Het onderzoek
Om gezinnen in conflictscheidingen goed te kunnen helpen, is het belangrijk om te weten wie deze gezinnen zijn. Onderstaand onderzoek probeert hier zicht op te krijgen. Aan het onderzoek hebben 165 ouders meegedaan en 142 kinderen. Er deden ongeveer evenveel mannen als vrouwen mee en ongeveer evenveel jongens als meisjes. De kinderen waren tussen de 6 en 18 jaar (gemiddeld 10 jaar). Alle gezinnen deden mee aan Kinderen uit de Knel in Nederland of België en vulden vragenlijsten in voorafgaand aan de therapie.
Kenmerken van ouders
Ouders waren gemiddeld begin 40 en veelal hoogopgeleid (55% had het HBO of de universiteit afgerond). Het gemiddelde opleidingsniveau in dit onderzoek was hoger dan in eerder onderzoek over conflictscheidingen. De helft van de ouders verdienden voor de scheiding bovenmodaal (50%; 21% verdiende beneden-modaal). Na de scheiding verdiende de meerderheid beneden-modaal (57%; 21% verdiende toen bovenmodaal).
Kenmerken van de relatie en de scheiding
Hoewel de meerderheid van de ouders getrouwd was geweest (75%), deden er ook ouders mee die nooit samen gewoond hadden of nooit een relatie hadden gehad (bijv. een vakantieliefde). Gemiddeld waren ouders 12 jaar samen (0-27 jaar) en deden ze 4,5 jaar na de scheiding mee aan Kinderen uit de Knel (0-12 jaar). Vrouwen gaven vaker dan mannen aan dat zij de scheiding het meeste wilde (63% versus 25%). Dit komt overeen met ander onderzoek dat aangeeft dat vrouwen vaker het initiatief nemen voor de scheiding. De belangrijkste redenen voor de scheiding waren de vele conflicten en slechte communicatie (beide door 56% van de ouders genoemd). Maar ook ontrouw en het niet meer bij elkaar passen werd door meer dan één derde van de ouders als reden genoemd.
Leven van ouders na de scheiding
Veel ouders hadden aan het begin van Kinderen uit de Knel een nieuwe relatie (75% van de mannen en 50% van de vrouwen). In ongeveer één derde van de gevallen hadden ouders ook een kind met deze nieuwe partner. Ouders hadden voornamelijk via tekstberichten contact met hun ex-partner (72%). De helft van de ouders had nooit persoonlijk of telefonisch contact. De meerderheid had gezamenlijk gezag (87%), bij 21% was er sprake van co-ouderschap en bij 72% was er een omgangsregeling. Bijna de helft van de ouders hadden een gerechtelijke procedure lopen (44%) en deze duurde op het moment van vragen tussen de 0 en 5 jaar. De procedures gingen in de meeste gevallen over de kinderen, zoals over de omgangsregeling of de hoofdverblijfplaats van de kinderen.
Kenmerken van kinderen
Kinderen hebben last van de scheiding. De meerderheid gaf aan dat regels verschillend zijn tussen beide ouders (75%), dat ze het moeilijk of vervelend vinden om steeds van huis te wisselen (60%; meisjes vaker dan jongens) en dat er vaak nog spullen in het andere huis liggen die ze nodig hebben (51%). Een derde van de kinderen had het gevoel te moeten kiezen tussen de ouders. Een aanzienlijk deel van de kinderen gaf aan dat hun ouders nooit in hun bijzijn ruzie maken (38%), maar de meerderheid was (soms) aanwezig bij ruzies tussen ouders. Daarnaast zeiden ongeveer de helft van de kinderen dat hun ouders slechte dingen over elkaar zeiden. Oudere kinderen noemden dit vaker dan jongere kinderen. De meeste kinderen maakten zich zorgen over hun familie (68%). Dit konden ze vaak bespreken met anderen. Het vaakst werd dit besproken met moeders of vrienden (elk ruim 60%). Maar ook broers/ zussen, vaders en zelfs leerkrachten werden genoemd (elk tussen de 40 en 50%).
Conclusie
De gezinnen in dit onderzoek waren heel verschillend. Zeker wat betreft type en duur van de relatie en de duur sinds de scheiding. Hulpverlening moet hier rekening mee houden.
Veel ouders hadden gezamenlijk gezag en ook veel ouders hadden een nieuwe partner. Daarnaast gaven kinderen aan moeite te hebben met de wisselingen tussen huizen. Meer onderzoek is nodig om beter te begrijpen hoe de nieuwe gezinssituaties eruit zien voor kinderen. We weten nog weinig over hoe nieuwe partners en andere nieuwe gezinsleden van invloed zijn op de conflicten tussen ouders en de beleving van de scheiding door de kinderen.
Gezien het hoge percentage nieuwe partners is het aan te raden om de nieuwe partner te betrekken in de behandeling. Dit doet Kinderen uit de Knel door nieuwe partners (en andere belangrijke mensen uit het sociale netwerk van de ouder) uit te nodigen voor informatie bijeenkomst en ouders huiswerkopdrachten mee te geven die met dit sociale netwerk uitgevoerd moet worden.
Veel kinderen maakten zich zorgen over hun familie, maar kinderen konden vaak ook bij hun ouders terecht met deze zorgen. Ook leerkrachten werden vaak als vertrouwenspersoon genoemd. Onbekend is nog in hoeverre deze steun daadwerkelijk helpt.
Dit onderzoek is gebaseerd op een groep ouders dat bereid was gezamenlijk deel te nemen aan Kinderen uit de Knel. Hierdoor zijn de resultaten uit dit onderzoek mogelijk niet representatief voor alle gezinnen in conflictscheiding.
Meer lezen?
Dit onderzoek staat beschreven in:
Finkenauer, C., Visser, M., Schoemaker, K., & de Kruijff, A. (2017). Kenmerken van vechtscheidende gezinnen: Een beschrijvend onderzoek naar ouders en kinderen die verwikkeld zijn in een vechtscheiding. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 56, 444-458
Kinderen uit de Knel in uw regio
Neem contact op met Kinderen uit de Knel in uw buurt voor meer informatie
*De gemeente waar het kind staat ingeschreven bepaalt of deelname vergoed wordt